©TP - Liesbeth Dinnissen Fotografie

17 februari 2022

'Arbeidsmarkttekorten zijn een collectief probleem'

In het onlangs gepresenteerde coalitieakkoord staan veel ambities. Onder meer op het gebied van onderwijs, klimaat, bouw en de (maak)industrie. Het kabinet investeert ook fors om deze ambities te realiseren. Maar geld alleen is niet genoeg stelt hoogleraar Ton Wilthagen. 'Zonder voldoende mensen met de juiste kwalificaties zijn al die ambities niet te realiseren. Het is tijd dat het personeelstekort, zeker dat in de techniek, een nog hogere plek op de politieke agenda krijgt.'

Ton Wilthagen is naast hoogleraar "Institutionele en juridische aspecten van de arbeidsmarkt" aan de Universiteit van Tilburg, een veelgevraagd spreker in binnen- en buitenland. Daarnaast was hij jarenlang één van de trekkers van het Techniekpact vanuit het landsdeel Zuidoost. Hij is met recht een kenner te noemen van de Nederlandse arbeidsmarkt.

Achilleshiel

'De arbeidsmarkt is de achilleshiel van de plannen van het kabinet', oordeelt Wilthagen. 'Er is een omslag nodig op die arbeidsmarkt, maar die wordt niet nadrukkelijk genoeg benoemd in het coalitieakkoord. Er is een paragraaf die spreekt over de juiste mensen met de juiste kwalificaties. Ook de regering constateert dus dat zonder voldoende vakmensen veel kabinetsambities onuitvoerbaar zijn. Maar het kabinet kijkt voor de aanpak van die tekorten vooral naar anderen: naar bedrijven, het onderwijs en de sociale partners. Ik heb de politieke urgentie de afgelopen tijd gemist en mis die eerlijk gezegd nog steeds een beetje.'

Ambities coalitieakkoord 2021-2025

Het brede uitgangspunt van het kabinet is: “We willen een aantal grote hervormingen in de arbeidsmarkt doorvoeren, die de bestaanszekerheid van lage- en middeninkomens versterken en de lasten verlagen. Zodat werken loont, werkgeverschap en ondernemerschap aantrekkelijk blijft, ons welzijn stijgt en personeelstekorten in vitale sectoren opgevangen kunnen worden.”
Deze tekorten maken het ook voor de overheid een uitdaging om de ambities in het nieuwe coalitieakkoord waar te maken.

Concreet komen de onderstaande punten voorbij, dit zijn vooralsnog vooral uitgangspunten of denkrichtingen. De komende tijd zal uitwijzen hoe de nieuwe bewindspersonen deze doelen concreet willen realiseren.

  • werken lonender maken en de armoedeval verkleinen;
  • meer mensen naar werk begeleiden, meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt naar werk begeleiden en het aantal beschutte werkplekken uitbreiden;
  • uitbreiding arbeidsmarktinfrastructuur om de overgang van werk-naar-werk en van uitkering-naar-werk te stimuleren;
  • bevorderen permanente scholing via leerrechten.

Verschuiving

Wilthagen helpt het kabinet graag in de goede richting. Hij heeft 10 knoppen waaraan kan worden gedraaid – zie kader. Of beter, moet worden gedraaid; het is niet "of" maar "en".
'Eén van de opties is vakmensen uit het buitenland halen. Een andere oplossing is het aanboren van het onbenut arbeidspotentieel. Nog steeds staan 1,4 miljoen mensen geheel of gedeeltelijk "langs de kant" volgens het CBS. Dat is geen homogene groep. Het gaat om mensen met een bijstandsuitkering. Maar ook om mensen die nu niet of nauwelijks betaald werken, omdat een partner voor inkomen zorgt. Én het gaat om jongeren en ouderen. We kennen de potentie van dit onbenut arbeidspotentieel nauwelijks, we weten onvoldoende wie ze zijn en wat ze kunnen; ze zijn vaak letterlijk niet in beeld.'

Tienpuntenplan van Ton Wilthagen

  1. Leid het onbenut arbeidspotentieel op.
  2. Verbeter het imago van kraptesectoren en motiveer studiekiezers met werkgarantie en lagere studiekosten.
  3. Verbeter loon en secundaire arbeidsvoorwaarden sterk.
  4. Zet studenten binnen hun opleiding eerder en langer in de praktijk in.
  5. Vraag parttimers om meer uren te werken.
  6. School om richting kraptefuncties.
  7. Stimuleer zij-instroom vanuit krimpsectoren.
  8. Trek meer mensen uit het buitenland aan en laat vluchtelingen eerder werken.
  9. Verhoog productiviteit door technologie en betere organisatie van werk.
  10. Zorg voor meer betaalbare woningen in krapteregio’s en verbeter mobiliteit (vanuit krimpgebieden).

Investeren

Voor wat betreft die laatste groep heeft Wilthagen een duidelijk advies aan het nieuwe kabinet: investeer in (de opleiding van) werkzoekenden. 'Van oudsher vinden we in Nederland dat als je een uitkering krijgt, je direct beschikbaar moet zijn voor de arbeidsmarkt. Thuiszitters moeten zo snel mogelijk aan het werk, want hoe langer iemand thuiszit hoe moeilijker die weer aan de slag komt. Als je in een opleiding zit ben je niet direct beschikbaar voor werk, daarom investeren we eigenlijk niet in scholing. Dat is een verouderd denkbeeld: je moet investeren in mensen bij- of omscholen; anders kunnen ze niet mee op een snel veranderende arbeidsmarkt.'
Het bij- en omscholen is natuurlijk ook een optie voor mensen die al aan het werk zijn, op dat gebied gebeurt steeds meer constateert Wilthagen. 'Ook dat is niet zo eenvoudig (meer). De tekorten zijn nu in vrijwel alle sectoren hoog, zodat je alleen maar met personeel schuift en het ene tekort met het andere vult. Meer uren werken - wat een optie is in de zorg en het onderwijs - is voor de techniek ook geen optie, daarin werken al heel veel mensen fulltime.' Wilthagen ziet wel winst in meer en gerichter opleiden met werkgarantie en de instroom van opleidingen flexibeler maken. 'Opleidingen hebben meestal twee instroommomenten: september en februari. Tof Thissen – algemeen directeur van UWV – vertelde laatst dat hij tijdens een werkbezoek aan Wisconsin in de Verenigde Staten de vraag stelde wanneer mensen kunnen instromen voor een leerwerktraject. Het antwoord? Morgen! Waar een wil is, is een weg; dat zie je bijvoorbeeld nu in de enorme snelheid waarin vaccinatiecampagnes worden opgetuigd. Het kán. Maar dan is meer urgentie nodig, en moeten "we" meer het besef hebben dat het arbeidsmarkttekort een collectief probleem is dat vraagt om een collectieve oplossing.'

Meer waardering

Wilthagen komt vaak in het buitenland en kijkt ook over de grenzen voor inspiratie. 'In Duitsland hebben ze een systeem dat vergelijkbaar is met het systeem van Green Cards in de Verenigde Staten; de nieuwe Duitse coalitie maakte onlangs bekend dat ze jaarlijks 400.000 geschoolde arbeidskrachten uit het buitenland wil aantrekken. We moeten ook hier ons migratiebeleid veranderen. Dat ligt gevoelig en betekent ook dat we huisvesting voor die mensen moeten hebben, terwijl er al fikse tekorten op de woningmarkt zijn. In landen als Duitsland is bovendien meer waardering voor vakmanschap, daar staan vakmensen in een hoger aanzien. Nederland is een dienstenland en dat zit ook tussen de oren van ouders. Die zeggen nog steeds tegen hun kinderen dat ze beter een economische of administratieve opleiding kunnen kiezen, terwijl de baan- en carrièrekansen in de techniek veel beter zijn.'

Succes door samenwerking

Van de internationale podia tot de regio. Ook in de regio’s gebeuren veel goede dingen, ziet Wilthagen. Hij noemt Brainport, waarvan hij de goede samenwerking tussen sector en regio prijst. 'Maar ik zie meer regio’s waarin dit goed gebeurt. Dat is zo’n succes vanwege de goede samenwerking, maar het moet wel vanuit ieders rol: het Rijk moet faciliteren, de sector participeren en de regio regisseren. Een goede samenwerking tussen die drie is essentieel anders komen we er niet. Bundel je krachten en werk samen aan het realiseren van brede welvaart.'

Over Ton Wilthagen

Ton Wilthagen is werkzaam als hoogleraar aan de universiteit van Tilburg. Daarnaast heeft hij zeer uitgebreide ervaring op het snijvlak, van onderwijs, arbeidsmarkt en sociale zekerheid. Daarnaast was hij onder meer trekker van het Techniekpact vanuit het landsdeel Zuidoost. Ook schreef hij een kinderboek (leeftijd 10-12 jaar) met de titel “Roosbot” omdat hij het belangrijk vindt dat jonge kinderen nieuwsgierig raken naar nieuwe technologie. Het boek gaat over Roos, een meisje van 11, dat zich enorm kwaad maakt over de manier waarop mensen met de wereld omgaan. Ze hoopt dat nieuwe technologie, zoals robots en kunstmatige intelligentie, kunnen helpen om de wereld wel beter te maken. Daarom hernoemt ze zich tot Roosbot en probeert ze zoveel mogelijk te denken en doen als een robot en een voorbeeld te zijn. Daarbij stuit ze op allerlei vragen en dilemma’s van technologie en de samenwerking tussen mensen en robots. Roosbot verschijnt begin april bij uitgeverij Zwijsen, in de reeks ‘Digiwijs’.